vrijdag 23 juni 2017

De Girl Power van Rozemarijntje

"Ik kán best!" was Rozemarijntjes motto. Met deze woorden begint ook het eerste Rozemarijntje-boekje van W.G. van der Hulst uit 1933. "Ik kan best!" Of het nu ging om het beklimmen van het trapje van de grote stoomtrein, of om iets anders gevaarlijks wat kleine meisjes van een jaar of vijf eigenlijk nooit durven: zij durfde het wel! Rozemarijntje had Girl Power avant-la-lettre. Een kleine ode aan een kleine, oude jeugdheldin.

Mijn moeder kocht de boekjes om er mij uit voor te lezen, ergens begin jaren zeventig van de vorige eeuw. Ze kende Rozemarijntje nog uit haar eigen jeugd en kamde diverse boekhandels uit, net zo lang tot ze alle deeltjes bij elkaar had gevonden. Hele volksstammen behulpzame boekverkoopsters in minirok of hot pants trachtten haar allerlei hippe kinderboeken te slijten, als alternatief voor de in hun voorraad ontbrekende 'brave' boekjes uit een grijs verleden. Tevergeefs. Het moest en zou Rozemarijntje zijn en niemand anders.

Rozemarijntje was een vrolijke wildebras, die er niet voor schuwde om in een boom te klimmen of op de rug van een koe. Uiteraard gleed ze van de rug van de koe af en belandde ze pardoes midden in een verse (en vooral geurige) koeienvlaai. Net als mijn moeder, toen ze Rozemarijntjes leeftijd had. Het kostte mijn moeder een paar splinternieuwe witte lakschoentjes en minstens een week buitenspelen. 

De kleine Rozemarijntje was niet alleen stout, ze was ook stoer. Ze liep niet in zeven sloten tegelijk, nee, zij niet. Zij durfde alles en ze was voor niemand bang. Als haar beste vriendje op school werd gepest, nam zij het voor hem op. Ze was bovendien ook lief voor dieren en ze hielp oude en zieke mensen, waar ze kon. De wereld heeft vandaag de dag dringend behoefte aan meer Rozemarijntjes.

Wie door de protestants-christelijke 'moraal in elk verhaal' heen prikt, zal zich ook vandaag de dag nog opperbest vermaken bij het lezen van de vrolijke avonturen van Rozemarijntje. Durf eens te verdwalen in een wereld zonder smartphones, apps, games of social media. Een wereld vol menselijke warmte, heerlijk buitenspelen en ouderwetse kattenkwaad. 

Vandaag bladerde ik weer even in mijn oude kinderboek, op zoek naar jeugdsentiment. Misschien was ik ook wel even op zoek naar mijn moeder. Alle ooit door haar felbegeerde deeltjes van Rozemarijntje heb ik ruim veertig jaar lang zorgvuldig bewaard. De boekjes zijn er nog, Rozemarijntje is er nog. Mijn moeder is er helaas niet meer, maar als ik door 'Rozemarijntje' blader, leest ze mij weer voor en voel ik weer even haar arm om mij heen.

Ik wilde zijn zoals Rozemarijntje. Vermoedelijk wilde mijn moeder dat vroeger zelf ook, maar ik denk dat ze vooral hoopte dat ik niet in een koeienvlaai zou vallen of in zeven sloten tegelijk zou lopen. Nu klim ik doorgaans niet op koeien, dus dat scheelt. Met die zeven sloten valt het ook best mee. Bij elke sloot die ik in mijn leven tegenkom, zeg ik nog steeds: "Ik kan best!" Net als Rozemarijntje, net als mijn moeder.

©Anneke van de Casteele