Gedichten

Blauwdruk
Ik schrijf niet met wit en ook niet met zwart,
ook niet met blauw of rood of geel.
'k Schrijf niet met mijn hand, maar wel met mijn hart,
niet met een pen of met penseel.

Oost-Indische inkt, soms best wat pedis
Met verse lombok soms gekruid.
’t Is niet altijd leuk, maar ‘t is wat het is.
Schrijven doe je ook met geluid.

Voor mij geen ganzenveer of kleurpotlood.
Wat ik ook schrijf, 't is wie ik ben;
‘k Schrijf over het leven en over dood.
Ik heb wél een regenboogpen.


Indisch liefdesliedje 

Wij samen in een vissersprauw
Jij kust mijn slaap, ik rust op jou
Ga niet heen, mijn mooi lief kind!
Zo ver van hem, die jou bemint.
Blijf toch hier en word mijn vrouw!

Dat kan niet lief, ik moet echt gaan.
Een kus, een zucht, een zilte traan
Met papa, mama overzee
Ik neem jouw liefde met mij mee
In Holland wacht ons nieuw bestaan.

Ons levenslot betekent scheiden
Voor altijd samen apart lijden.
Jij hoort bij ‘hier’, ik moet naar ‘daar’
Maar ‘t hart blijft bij de evenaar.
Nog even zijn wij samen ‘beiden’.

Ooit zullen wij elkaar weer zien.
Wanneer of waar, wie weet, misschien
Maar liefde leeft diep in ons hart,
Hoe hard het leven ons ook tart.
Vaarwel, mijn prins van zeventien.

Jaren gingen er voorbij
Ik zonder jou, jij zonder mij,
Tot ik de vissersprauw opzocht
Vlak voor mijn laatste ademtocht.
Ik wachtte stil op het getij..

Jij was reeds jaren heengegaan.
Mijn tocht over de oceaan
Had jouw hart wreed gebroken.
Een liefde nimmer vol ontloken
Is brood gebakken zonder graan.

Ik heb mij daar toen neergelegd,
Heb zachtjes tegen jou gezegd:
‘Ik ben weer terug mijn zoete lief
Vergeef mij, toe nou, alsjeblief
Ik kon niet anders, ’t was een gevecht’.

Ik dacht aan wat ooit was geweest
En gaf ten einde raad de geest.
Daar stonden wij toen, zij aan zij
Voor altijd zijn we samen ‘wij’
In licht en liefde, onbevreesd.

© Anneke van de Casteele



Vijfentwintigduizend bloemen

Er gaat geen mooie dag voorbij 
Dat ik jullie niet bewonder 
Hoe opa, oma en ook jij 
Zwaar geleden hebben onder 

Het juk gedragen hebben van 
Een volk dat streed voor Nederland 
En na de oorlog met Japan 
In vorst en koude is beland. 



Twenty-five thousand flowers 

Not a single day goes by
Without me - admiring you
But I keep on wondering why
Grandma, grandpa and you too,

Had to suffer all this time
For your country and your name
All that’s left for me is rhyme 
For The Hague it’s just a game 

(LEES VERDER...)



VIJFENZESTIG 
Ter nagedachtenis aan de Molukkers die 'dankzij' een politiek spel hun geboortegrond en hun families nooit meer zouden terugzien, heb ik dit gedichtje 'Vijfenzestig' geschreven.

MENA MURIA.

© Anneke van de Casteele





OMGEKEERD
Je handen in je moederschoot,
Je blik respectvol en bedeesd.
Jij gaf hem elke dag zijn brood
En was voor toean vaak bevreesd.

Boog voor hem neder op de grond,
Zo ter aarde neergezeten..
Geen weerwoord kwam ooit uit jouw mond,
Nooit heb jij hem iets verweten.

(LEES VERDER..)

© Anneke van de Casteele