zaterdag 20 juni 2020

Hier stond ooit JP Coen

"Hier stond ooit J.P. Coen,
'Held' met bebloed blazoen"

 Een bordje met bovenstaande tekst zou niet misstaan naast of op zijn lege sokkel. Nog mooier zou een extra regel zijn: "Dit voormalige symbool van Nederlands imperialisme is verplaatst naar de kelder van het Westfries museum, een eindje verderop."

Ah, wishful thinking... Het zou betekenen dat de gemeente Hoorn haar bezoedelde koloniale erfenis eindelijk onder ogen zag en de voorkeur zou geven aan het streven naar een inclusieve, racismevrije samenleving, in plaats van aan het voortzetten van de nietsontziende goudhonger van de vermaledijde Jan Pieterszoon Coen (JP voor intimi). De gemeente zou de eer aan zichzelf kunnen houden door het beeld aan een museum te schenken. Hoorn zou hierin een voorbeeldfunctie kunnen vervullen voor Nederland, Europa en de wereld. 

Hoorn is echter dol op toerisme. Het maakt schijnbaar niets uit of er sinds de plaatsing van het (overigens spuuglelijke) standbeeld in 1893 tot op de dag van vandaag forse kritiek is. De felbegeerde euro's van de nietsvermoedende toerist hebben de prioriteit. Dat in 2012 geplaatste 'infobordje' helpt niet tegen de controverse, gezien de vele selfies die men er maakt, vrolijk poserend met de 'Slachter van Banda'. 'Arme' JP. Tot in de dood wordt hij nu geëxploiteerd door zijn stadsgenoten, zoals hij zijn medemens ooit exploiteerde. Karma, it is a bitch. In elk geval kan hij tenminste nog rekenen op een bloemetje van zijn fanclub. Als JP zou weten dat deze aangevoerd wordt door nota bene een Indo, zou hij hem waarschijnlijk een afranseling geven waarbij de geseling van Saartje Speckx spontaan zou verbleken. 

Minder leuk is het feit dat Indische leden van de JP-fanclub het licht zelfs na 400 jaar nog steeds niet hebben gezien en als slaafse schoothondjes achter hun  'populiste homéopathiquement dilué' aan keffen. Zodra het licht hun reebruine ogen bereikt, zou het hen sieren solidariteit te tonen met Molukkers, Papoea's en andere mede-nazaten van voormalig Nederlands-Indië - en andere (al dan niet voormalige) kolonies als Suriname en de Antillen. Trots zijn op je Nederlandse roots is prima, niks mis mee. Maar trots zijn op de wandaden van foute koloniale kopstukken is het openlijk verloochenen van je Indonesische roots, je geschiedenis en je Nederlands-Indische identiteit. Opkomen voor je (ontnomen!) rechten als Indische Nederlander is iets anders dan het schaamteloos flirten met ultra-rechts. Daarmee speel je je ex-kolonisator in de kaart in zijn verdeel-en-heers spelletje. Zoals de grootste vredesactivist sinds het begin van onze jaartelling ooit zei: "Vergeef hen, want zij weten niet wat zij doen." Of geef hen een fatsoenlijk geschiedenisboek.

Coen staat daar best een beetje sukkelig op zijn antieke sokkel controversieel te wezen. Hij heeft zijn 'beste' tijd reeds lang gehad. En dat geldt ook voor vergelijkbare stenen, bronzen en ijzeren piraten, koningen en koopmannen uit de meest schaamtevolle periode van de Europese geschiedenis. Wijlen George Floyd heeft onbewust een wereldwijde stem gegeven aan de onderdrukten. We zijn getuige van het schrijven van geschiedenis: van het massaal opstaan tegen racisme en kolonialisme, maar helaas ook van het zich krampachtig vastklampen aan de laatste koloniale strohalmen. Het is hoog tijd dat de koloniale geschiedenis van Nederland op een eerlijke wijze onderwezen wordt, met ruimte voor meerdere perspectieven, niet enkel die van de ex-kolonisator. Die is lang genoeg aan het woord geweest. 

Op de sokkel van JP Coen hoort een fris, nieuw standbeeld te staan dat past bij deze tijd. Een beeld dat symbool staat voor vrijheid, bevrijding van kolonialisme, voor erkenning van de verzwegen geschiedenis. 

"Hier stond ooit J.P. Coen,
'Held' met bebloed blazoen
Na ruim vier eeuwen slavernij
Is Nederland nu eind'lijk vrij"


©Anneke van de Casteele